De Wet Arbeidsmarkt in Balans (voorkom hogere kosten)

Voorkom hogere kosten bij bepaalde tijd contracten en loonvorderingen van oproepkrachten!

 

Geachte relatie,

 

U heeft ongetwijfeld gehoord over de wijzigingen die per 1 januari 2020 gaan plaatsvinden door de nieuwe Wet Arbeidsmarkt in Balans. Dit raakt iedere werkgever en het is nu tijd om in actie te komen, voor zover u dit nog niet heeft gedaan!

 

  1. Eén van de wijzigingen  betreft de hoogte van de WW-premie:Arbeidsovereenkomst onbepaalde tijd + vaste uren: lage WW-premie (geldt niet voor oproepcontracten en min-max contracten).
    Arbeidsovereenkomst bepaalde tijd of geen vaste uren: hoge WW-premie.

    De definitieve premies 2020 zijn voor de hoge WW-premie 7,94 % en de lage WW-premie is 2,94 % , een verschil van 5 % dus. Voor het toepassen van de lage WW-premie dient er een schriftelijke arbeidsovereenkomst aanwezig te zijn, waarbij de arbeidsduur eenduidig is vastgelegd.

 

  1. Voorkom een loonvordering (van max. 5 jaar!) bij oproepkrachten:Iedere keer dat een oproepcontract of min-max contract twaalf maanden heeft geduurd, moet een werkgever de oproepkracht binnen één maand schriftelijk of elektronisch een aanbod doen voor een arbeidsovereenkomst met vaste arbeidsomvang. Die arbeidsomvang is dan gelijk aan de gemiddelde omvang van arbeid over de voorafgaande twaalf maanden. Indien de werkgever deze plicht niet nakomt, kan de oproepkracht een loonvordering instellen. Let op! Voor reeds bestaande oproepovereenkomsten die al langer dan een jaar lopen, geldt dat werkgevers voor 1 februari 2020 het aanbod dienen te doen!

 

ACTIE VEREIST:

 

  • Controleer vóór 1 januari 2020 of u voor elke werknemer een schriftelijke ondertekende arbeidsovereenkomst in het personeelsdossier heeft, met hierin de duur van de overeenkomst en het aantal overeengekomen uren. Mogelijk heeft u van werknemers met een lang dienstverband geen contract meer voorhanden of heeft u de arbeidsovereenkomst nooit schriftelijk vastgelegd. Doe dit alsnog om gebruik te kunnen maken van de lage WW-premie.

 

  • Controleer welke oproepkrachten per 1 januari a.s. 12 maanden of langer in dienst zijn.

 

Voor het toepassen van de lage WW premie dient er tevens een vast aantal uren overeengekomen te zijn. Dit kan ook een vast aantal uren per jaar zijn indien het loon gelijkmatig wordt gespreid. Dat wil zeggen dat er een vast maandloon is overeengekomen maar de uren fluctueren naargelang de (seizoensgebonden) drukte bij een onderneming (jaarurennorm). Bij zogenoemde min-max contracten is er geen vast aantal uren overeengekomen en zal ook bij een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd de hoge WW premie verschuldigd zijn.

 

Voor BBL-leerlingen en werknemers jonger dan 21 jaar die gemiddeld maximaal 12 uur per week in een loontijdvak hebben gewerkt, geldt de lagere WW premie.

 

In de volgende gevallen dient een lage WW premie met terugwerkende kracht te worden herzien:

 

  • Aan het einde van het kalenderjaar blijkt dat er uiteindelijk meer dan 30% meer uren zijn verloond dan het vast aantal overeengekomen uren (deze 30% norm geldt niet voor arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd met minimaal 35 vast overeengekomen uren per week).
  • Een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd eindigt binnen 2 maanden na aanvang.

 

 

Voor de toepassing van de hoge of lage WW-premie zijn wij afhankelijk van de informatie die u aan ons verstrekt. U bent als werkgever zelf verantwoordelijk voor het schriftelijk vastleggen van afspraken met uw medewerkers. We vragen u dan ook nauwkeurig te bekijken of uw personeelsdossiers op dit vlak op orde zijn. Heeft u achteraf toch geen schriftelijke arbeidsovereenkomst dan dient u met terugwerkende kracht de hoge premie te betalen en riskeert u een boete van de Belastingdienst.